Jessica and her verbal dyspraxia

Wist je dat als je een Taalontwikkelingsstoornis hebt, recht hebt op ondersteuning in het onderwijs? Zowel op het VMBO als op het MBO. De hoofdzakelijkste voorwaarden is, dat je op een cluster 2 onderwijs zit of hebt gezeten. De brochure en de protocollen hiervoor met meer informatie en de voorwaarden kun je hieronder downloaden. 


Brochure special needs special

In de brochure 'special needs special' van het CvTE staat op bladzijde 11 & 12 punt 2.5 Taalontwikkelingsstoornis (TOS) genoemd en wordt verwezen naar het Simea protocol dat hieronder bijgevoegd is. 

Bron: College voor Toetsen en Examens

MBO


Simea overzicht toetsen examens

In het Simea overzicht 'aanpassingen toetsen en examens in het MBO voor auditief en communicatief beperkte leerlingen' staat op bladzijde 14, bijlage 1 'Regelgeving MBO' wie komt in aanmerking voor aanpassingen voor toetsen en examens in het MBO.

Bron: Simea

MBO


Computer als schrijfgerei bij centrale examens

In de brochure 'Computer als schrijfgerei bij centrale examens' van College voor Toetsen en Examens staat dat de computer als schrijfgerei is toegestaan bij alle vakken van het centrale examens en geldt ook voor alle kandidaten.

In het bijzonder is het gebruik van de computer als schrijfgerei zinvol voor kandidaten met een motorische beperking en voor kandidaten met dyslexie. Waaronder kandidaten met een taalontwikkelingsstoornis (TOS) en kandidaten met dyspraxie (DCD).

Bron: College voor Toetsen en Examens

MBO


TOS en Nederlands

In het Simea overzicht 'TOS en Nederlands' staat per onderdeel in referentieniveaus aangegeven waar problemen zouden kunnen ontstaan. Verder is nagegaan welke tools ingezet kunnen worden om het gewenste niveau te behalen.

Aandachtspunten en aanpakken komen geregeld terug omdat bij de verschillende onderdelen vaak dezelfde werkvormen en methodieken kunnen worden gebruikt. Kijk dus vooral bij het item wat nodig is voor die bepaalde leerling in die bepaalde situatie.

Samengevat zijn dit de referentieniveaus voor de verschillende doelgroepen en onderwijstypen:

  • Niveau 1F: fundamenteel niveau. Dit moeten alle leerlingen in ieder geval aan het einde van het basisonderwijs beheersen.
  • Niveau 2F: niveau dat leerlingen aan het einde van het MBO 1/2/3 bereikt moeten hebben.
  • Niveau 3F: niveau dat leerlingen na afronding van MBO-4 bereikt moeten hebben.
  • Niveau 4F: niveau dat leerlingen na afronding van het VWO bereikt moeten hebben.

Bron: Simea

MBO